Inhoud
Je hebt recht op een leefloon als je inkomen onvoldoende is en je niet in staat bent daarin verandering te brengen. Als je inkomen lager is dan het leefloon kan je vragen om het verschil bij te passen.
Voorwaarden
- Je werkelijke verblijfplaats is in België.
- Je hebt de Belgische nationaliteit.
- Je bent meerderjarig of door huwelijk meerderjarig verklaard.
- Je hebt kind(eren) ten laste of je bent in verwachting.
- Je beschikt niet over voldoende inkomsten, je kan er geen aanspraak op maken en je bent niet in staat ze te verwerven door persoonlijke inspanningen of andere middelen.
- Je bent bereid om te werken, tenzij dat niet kan om redenen van gezondheid of billijkheid.
- Je hebt mogelijk eerst recht op andere sociale uitkeringen, zoals een pensioen, studietoelage of werkloosheidsuitkering. Beschouw het leefloon als een laatste redmiddel.
Procedure
Een leefloon vraag je aan bij het Sociaal Huis.
Vereiste info:
- Identiteit
- Een overzicht van je inkomsten en van de mensen waarmee je samenwoont
- Gezinssamenstelling
- Onroerende voorheffing
Na een onderzoek kent het Sociaal Huis het leefloon al dan niet toe.
Wat meebrengen
- Identiteitskaart en pincode
- Bewijzen van uw bestaansmiddelen, zoals je actuele gezinsinkomsten, overzicht van de spaargelden
- Huurcontract
- Attest van gezinssamenstelling
- Bewijs van inschrijving VDAB
Kostprijs
Het bedrag waarop je recht hebt, wordt bepaald door je familiale situatie. Er zijn drie categorieën:
- Alleenstaande: je woont alleen.
- Samenwonend met gezinslast: dit is het geval als je minstens één minderjarig kind ten laste hebt.
- Samenwonende: je woont met iemand samen (niet noodzakelijk je partner) waarmee je de uitgaven voor het huishouden (huur, elektriciteit ...) deelt.
Regelgeving
Wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie